Wolken lossen uiteindelijk op, net als gedachten
Ik lig in het natte gras. Het vocht en de kou kruipt langzaam in mijn jas, mijn broek. Ik kijk omhoog. De wolken kijken mij dreigend aan. Vijftig tinten en misschien wel meer, grijs zie ik voorbij komen. Een druppel valt op mijn wang en ik weet het zeker, er is geen houden meer aan. Ik sluit mijn ogen en laat het gaan.
Ik lig in bed. De warmte van het dekbed en de zachtheid van mijn kussen omhelzen mij. Ik kijk omhoog en zie de zon spelen door een kier van het gordijn. Vijftig tinten en misschien wel meer, licht zie ik voorbij komen. Een druppel loopt langzaam over mijn wang en ik weet zeker, er is geen houden meer aan. Ik sluit mijn ogen en laat het gaan.
Gedachten zijn net als wolken, ze lossen op. Maar voordat ze oplossen zitten ze in mijn hoofd. Vullen mij met mooie, maar ook vaak nare gedachten. Soms zo hard, dat het pijn doet. Soms zo hard, dat het mij vult met verdriet. Soms zo hard, dat ik boos, nee woedend op mijzelf kan worden. Soms zo hard, dat het er soms even niet meer toe doet.
Gedachten zijn inhoudelijk vaak niet waar, niet reëel. Zeker niet als ze over mijzelf gaan. Gaan ze over een ander, dan ga ik op onderzoek uit om te ontdekken dat ik het misschien mis heb. Bij mijzelf komen die gedachten en ze gaan weer en ik doe er niets aan. Ik laat ze lijdzaam hun macht over mij nemen, net zo lang tot ik gebroken ben en geloof dat ik mijn gedachten ben.
Mijn hart begint zachtjes te roepen; lieve dingen over mijzelf. Deze woorden zitten diep in mij verstopt, achter alle gedachten. Soms zijn de gedachten even stil en piept er een woord door en hoor ik het duidelijker. Mijn hart doet een beroep op mijn gevoel en samen gaan ze steeds meer mooie dingen over mij zeggen.
Mijn gedachten vinden het lastig. Is het waar wat er gezegd wordt? Ze weten het niet zeker en proberen het te negeren. Maar de druppels worden minder en de zon schijnt steeds sterker. Het grijs wordt langzaam blauw. De gedachten lossen op, net als de wolken.
Ik sta buiten en spreid mijn armen. In mijn hoofd zijn nog altijd gedachten, maar nooit meer zo sterk en vernietigend als ik ze eerder heb toe gestaan. Ik geloof ze niet meer, hoewel in sommige situaties ik twijfel. Dan komen mijn hart en mijn gevoel erbij en voel ik mij gesteund door mijzelf. In mijn lijf zijn er vijftig tinten kleur, met de rode als hoofdkleur. Rood van de liefde voor mijzelf en het leven.
Gedachten lossen uiteindelijk op net als wolken. Zo begon ik mijn verhaal. Irrationele, niet-helpende gedachten herkennen we allemaal wel. Ze ploppen op op die momenten dat je ze het minst kan hebben, op je kwetsbaarste momenten. Soms lukt het om ze van je af te schudden en vervliegen ze bijna meteen weer, maar soms zijn ze zo hardnekkig en kleverig en lukt het je niet. Misschien kan deze oefening je een beetje helpen. Daag je gedachten uit, laat ze bewijs leveren van wat je denkt. Stel je zelf de vraag: “Is het echt waar wat ik nu denk?” Hierdoor gaan je hart en gevoel het gesprek (of gevecht) aan met je gedachten. En dan die gedachten die jou pijn doen, die jou saboteren, die jou klein houden. Zodat je op een bepaald moment weer positief over jezelf gaat denken. Dat is namelijk de realiteit; je bent goed zoals je bent.